6 Tips voor beginnende fotografen

maandag 29 februari 2016, 14:41 door Marit Hilarius | 4941x gelezen | 11 reacties Elk begin is moeilijk, en zo is het ook als je net begint met fotograferen. Je doet je best om niet op de automatische stand te fotograferen, je denkt na over je foto's en probeert van alles uit, maar tóch kom je elke keer met beelden thuis waar je niet zo tevreden over bent. Met deze tips hoop ik je een stukje op weg te helpen, zodat je de volgende keer wél tevreden bent over je foto's!

1. Blijf uit de zon

Veel mensen denken vaak dat een zonnetje bij het fotograferen ideaal is, en voor mooie foto's zorgt. Maar het tegendeel is vaak waar! Het fotograferen in de zon is een lastige klus, zeker als je nog niet zo goed weet hoe je het beste uit je camera kunt halen, of hoe je met licht kunt werken.

Kies voor veilig, en zet je onderwerpen lekker in de schaduw. Op deze manier voorkom je over- of onderbelichting, harde contrasten en rare schaduwen in gezichten.

2. Gebruik de 'brandpunt-sluitertijd' regel als houvast

Misschien ken je dit regeltje wel: Je sluitertijd 'moet' altijd sneller zijn dan het bereik waarop je fotografeert. Fotografeer je op 300mm, dan moet je sluitertijd minstens 1/300e seconde zijn. Met dit regeltje in je achterhoofd zul je vrijwel altijd goed uitkomen, en scherpe foto's kunnen maken.

3. Probeer eens je eigen focuspunt te selecteren

Misschien laat je het scherpstellen aan je camera over, en dat is niet erg, want dat werkt in de meeste gevallen prima. Maar het kan wel een hoop verschil maken! Je camera heeft verschillende focuspunten, dat zijn de rode vierkantjes die af en toe rood oplichten.

Je camera bepaalt dan welk punt scherp wordt, maar dat kun je ook zelf doen! Je kunt één punt kiezen, en deze richten op het onderwerp dat jij scherp wil. Zo krijg je meer controle over je scherpte.

4. Check je EXIF

Je EXIF is je metadata van je foto, waarin je je instellingen terug kunt vinden. Zo kun je precies zien met welk diafragma, sluitertijd en ISO waarde je je foto's hebt gemaakt. Misschien vallen je daar al een paar dingen op achteraf. Was je ISO niet wat te hoog? Was je sluitertijd misschien wel te langzaam?

Wat ook vaak voorkomt is dat fotografen per ongeluk aan het diafragma of sluitertijd zitten terwijl ze het focuspunt proberen te veranderen. Misschien gebeurt dat jou ook wel? Bekijk na het fotograferen de EXIF van de foto's waar je minder tevreden over hebt, dat kan al heel veel vertellen.

5. Speel met je diafragma

Door je diafragma waardes aan te passen kun je 'bokeh' creëren, die onscherpe achtergronden die je vaak op foto's ziet. Daar heb je een groot diafragma voor nodig, dus een klein getal. Ga eens aan de slag met de verschillende waarden van je diafragma en bekijk het effect.

6. Probeer eens wat andere composities

Misschien zijn jou instellingen altijd wel dik in orde, maar je foto's nog steeds wat saai. Dat kan ook aan je compositie liggen, oftewel de manier waarop jij je onderwerp in de foto plaatst. Je onderwerp hoeft niet altijd in het midden te staan. Je kan ook eens de lucht wat ruimte laten innemen, of juist de voorgrond.

Bekijk wat er allemaal gebeurd in het beeld en wat jij in beeld wil brengen. Let ook op je onderwerp en waar deze heen beweegt of kijkt. Zorg dat er altijd aan die kant meer ruimte is, anders lijkt je onderwerp opgesloten in het beeld.

Vind je het nog moeilijk, probeer dan gewoon allerlei verschillende composities uit, zodat je thuis rustig een keuze kunt maken.