Soms gebeurt het gewoon, je foto is niet scherp. Wat kan dat nu zijn en hoe kan je het oplossen?
Het probleem kan aan verschillende factoren liggen, laten we de meest voor de hand liggende ‘problemen’ eens bespreken.
Je hebt niet scherp gesteld
Dat komt zelden voor omdat tegenwoordig iedere camera is
voorzien van autofocus. maar als je die (per ongeluk) hebt
uitgeschakeld, dan kan dit wel eens het probleem zijn. Oplossing? Zet je
autofocus weer aan (of stel handmatig scherp).
Je scherpte-diepte is te klein.
Ik schreef al eerder een artikel met paaseitjes over scherpte-diepte.
Alhoewel een kleine scherpte-diepte vaak een interessant beeld
oplevert, kan je ook een scherpte-diepte hebben die te klein is. Dan kan
het zomaar zijn dat het verkeerde stukje scherp is, dat zie je bij de
eerste foto bijvoorbeeld.
Je sluitertijd is te lang:
Sluitertijd is de belangrijkste. Als je sluitertijd namelijk te lang
is dan is de kans heel groot dat je foto bewogen is. Het kan zijn dat je
onderwerp te snel beweegt, het kan zijn dat je camera (jij dus) beweegt
tijdens het fotograferen. Een combinatie kan natuurlijk ook.
In dit geval zie je beweging…
Wat doe je daar nu aan?
Zorg dat je sluitertijd korter wordt… Ja, dat is makkelijk
gezegd. Hoe kort moet die sluitertijd dan zijn? Er zijn namelijk geen
boekjes die je vertellen hoe lang of hoe kort een sluitertijd moet zijn
voor een bepaalde situatie. Een Formule1 auto die stil staat kan je
waarschijnlijk goed fotograferen ment een sluitertijd van 1/60, maar als
dezelfde auto 300 kilometer per uur rijdt, dan ga je het niet redden
met die sluitertijd van 1/60…
Grofweg kan je zeggen dat je een stilstaand object kan fotograferen
met een relatief lange sluitertijd van 1/60. Als je onderwerp rustig
beweegt, dan kan je dit meestal wel ‘stilzetten’ met een sluitertijd van
1/250. Erg snel bewegende objecten (bijvoorbeeld sporters) zou ik meer
met een sluitertijd willen fotograferen van 1/1000. Bovenstaande vis bij
dit artikel kon ik met geluk redelijk scherp krijgen met een
sluitertijd van 1/25 terwijl dit met 1/13 niet lukte.
Hoe de sluitertijd verkorten
Weinig licht geeft je altijd een langere sluitertijd. Als het
mogelijk is, dan zorg je voor meer licht. Vaak is dat door gewoon het
licht op te zoeken (ga naar het raam in plaats van midden in de kamer).
Maar natuurlijk kan je ook je diafragma open zetten of je ISO te
verhogen.
Zelf beweeg je natuurlijk ook
Als je onderwerp compleet stil staat, dan kan je niet zomaar
een lange sluitertijd nemen, de kans dat je camera, jij dus, beweegt is
dan aanzienlijk. Zelf hou ik een soort van ondergrens aan van 1/20
seconde om mijn camera stil te houden. Maar in dat geval moet ik wel erg
geconcentreerd te werk gaan. Ik sta dan erg stevig stil en hou mijn
ademhaling onder controle. Ook zorg ik voor een goede stabiele houding.
Dus niet met mijn armen uitgestrekt een foto maken via live-view, maar
de camera aan het oog en de armen stevig in de zij. Of ik laat mijn
camera ergens tegenaan steunen, dat helpt ook altijd.
Zoomen en sluitertijden
Er is een ‘vuistregel’ voor de sluitertijd in combinatie met
zoombereik van je lens. Die vuistregel luidt: kies een sluitertijd die
minimaal je brandpuntsafstand is. Met andere woorden, bij een 50mm lens
gebruik je een sluitertijd van minimaal 1/50 en bij een 300mm lens een
sluitertijd van minimaal 1/300. Hoe langer je lens is, hoe groter de
beweging in de verte namelijk.
Hulpmiddelen op je lens of camera.
Tegenwoordig zijn veel camera’s en lenzen uitgerust met
stabilisatie. Bij Canon heet dit IS, bij Nikon VR, Sony noemt het
steadyshot en Sigma OS. Ieder fabrikant doet het weer net iets anders,
maar met deze systemen worden de camerabewegingen geneutraliseerd
waardoor je met een langere sluitertijd kan fotograferen dan volgens de
vuistregel hierboven. Dit scheelt echt enorm. Helaas haalt het
natuurlijk niet de snelheid uit je te fotograferen onderwerp.
Statief gebruiken
Natuurlijk kan je een statief
gebruiken, daarmee sluit je in ieder geval uit dat de beweging van de
camera afkomstig is. Tenminste, als je de goede voorzorgsmaatregel
neemt. Want de stabilisatie kan je namelijk behoorlijk tegen zitten in
dit geval. Je ziet hier een voorbeeld van een foto met een lange
sluitertijd waarbij de IS nog aan stond. resultaat alsnog een bewogen
foto…
Zet dus je stabilisatie uit als je een statief gebruikt (tenzij je een
hele dure lens hebt die dat ook nog zelf detecteert, die zijn er)
creatief gebruik maken van langere sluitertijden
Als het niet mogelijk is om je sluitertijd te verkorten, dan
kan je misschien wel gewoon een langere sluitertijd gebruiken om
creatief te fotograferen. Als je daar tips over wilt, dan verwijs ik je
graag naar dit artikel over dynamiek in je foto’s.
Keine Kommentare:
Kommentar veröffentlichen